Be the care concept logo
In de media 06 jun 2015

Artikel in Skipr

Goede dementiezorg begint bij afbraak instituties

De traditionele verpleeghuiszorg met bijbehorend biomedisch zorgmodel staat goede, gepersonaliseerde dementiezorg in de weg. Dat was één van de conclusies die te beluisteren viel tijdens het veelbesproken congres ‘Alzheimer – The Future of Brain Health”.

“We moeten de instituties afbreken om Alzheimer-patiënten de ruimte te geven voor het soort leven waar ze recht op hebben”, zo stelde Jannette Spiering, directeur van de klantgroep psycho-geriatrisch van Vivium Zorggroep.  “We moeten echt wat anders gaan doen dan in de verpleeghuiszorg die na de Tweede Wereldoorlog ontstaan is.

We concentreren ons te veel op het corrigeren van onbegrepen gedrag, terwijl de patiënt bij alle functieverlies juist de ruimte zoekt om uit te vinden wat hij of zij nog wel kan. Dus we moeten niet corrigeren of rustiger maken met antipsychotica of opsluiten. Het is een schande dat er nog huizen zijn waar de Zweedse band wordt gebruikt.”

Lerend vermogen

Ook directeur Gea Broekema van Alzheimer Nederland hamerde in de Amsterdamse Beurs van Berlage op het belang een gepersonaliseerde aanpak. “Het belangrijkste is goed kijken naar de wensen van mensen met dementie en hun naasten. Als iemand verhuist naar zijn laatste woonomgeving dan moet niet de dementerende, maar de verzorgende zich aanpassen. Het is daarnaast zaak om te zoeken naar dingen die mensen met dementie nog wel kunnen. Er is nog lerend vermogen, maar met die kant zijn we juist weinig bezig.”
“Functies kunnen nog wel degelijk aangesproken worden”, oordeelde ook arts-onderzoek Machteld Huber van het Louis Bolk-instituut. “Hersenen behouden altijd zekere mate van plasticiteit waardoor ze nieuwe verbindingen maken. Goede dementiezorg speelt daar op in.”

Grenzen

Dat de financiering vooralsnog in hoge is afgestemd op die institutionele verpleeghuiszorg, mag wat Spiering betreft geen excuus zijn. “Je moet je niet door het systeem gevangen laten houden. De NZa heeft keurig tarief voor verpleeghuiszorg, laat ons dat geld gebruiken om te doen wat professioneel nodig is.” Als bijvoorbeeld noemt ze het Vivium-initiatief De Hogeweyk, waar 152 dementerende ouderen zo zelfstandig als mogelijk wonen. Deze speciaal voor hen gebouwde wijk lijkt in weinig op het traditionele verpleeghuis. “Soms moet je de  grenzen opzoeken”, aldus Spiering.

Antikwakcampagne

Grenzen opzoeken is ook wat de organisatie van het Alzheimer-congres bedoeld of onbedoeld deed door arts-auteur Deepak Chopra uit te nodigen als belangrijkste spreker. In de media werd de afgelopen weken de waarde van Chopra’s werk ten dienste van de integratieve geneeskunde fel aangevochten door met name de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK). De naweeën van de campagne deden zich ook in Amsterdam nog voelen. Weliswaar had de VtdK een uitnodiging voor een publiek debat met Chopra en medeauteur Rudolph Tanzi tot twee maal toe afgewezen, vlak voor het congres kwam er een nieuwe reactie van de sceptici. Via een brief liet de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (NVN) weten dat aangesloten artsen niet hoefden te rekenen op accreditatiepunten voor deelname aan het congres.

Alzheimer Nederland had al eerder een brief gehad en wel van de VtdK. “Misschien is dat naïef, maar ik was verrast”, blikte directeur Broekema terug. “Vooral door de toon. In een aanmatigende persoonlijke brief werd ik min of meer gesommeerd om me afzijdig te houden. Meer bereiken voor mensen met dementie, dat is mijn enige drijfveer> Dat vraagt om een open blik en die heb ik bij de VtdK gemist.”

Kritische toehoorder

Directeur Philip Scheltens van het VUmc Alzheimer Centrum durfde ondanks alle kritiek deelname aan het congres aan, maar liet wel weten het gebodene kritisch te zullen aanhoren. “Het is een vriendelijke dag”, aldus Scheltens in de wandelgangen van het congres. “Ik heb eigenlijk niets gehoord dat alle heisa rechtvaardigt. Ik ben het misschien niet met alles eens, maar er is mensen geen rad voor ogen gedraaid.”
Ook hoogleraar Robbert Huijsman, Senior Manager Kwaliteit & Innovatie bij zorgverzekeraar Achmea en zelfverklaard ‘kritisch deelnemer’, toonde zich mild. “Een aantal van Chopra’s argumenten zijn niet aan mij besteed, maar het is wat mij betreft wel duidelijk dat je de aanpak van een ziekte als Alzheimer die in zoveel levensdomeinen ingrijpt niet in kleine stukjes kunt opknippen. Temeer daar er van die harde kant van de ziekte nog zo weinig bekend is, terwijl een aantal lifestyle-interventies evident effect heeft. Volgens een schatting van Alzheimer Nederland gaat het aantal mensen met dementie van 260 duizend nu -met totale zorgkosten van 5 miljard euro- zal verdubbelen de komende twintig jaar.  Dus is het zaak dat we meer te weten komen vanuit alle disciplines, perspectieven en dimensies.”

Toch is deze pragmatische kijk nog lang geen gemeengoed in medische kring. “Er is nog een enorme afstand”, aldus Marcel Olde Rikkert, hoogleraar geriatrie aan Radboudumc. “Toen ik duidelijk maakte dat ik meer onderzoek naar welzijn onder Alzheimer-patiënten wilde doen, reageerde mijn decaan aanvankelijk met de opmerking: wij zijn een academisch centrum, we hebben net nog een nieuwe scanner afgeschaft, dus wat moeten wij nu met welzijn? In het verlangde daarvan zie je dat veel collega’s het gesprek over alternatieve zorg niet aandurven. Het probleem is dat het alternatieve circuit patiënten soms opslokt en weghoudt van reguliere zorg, maar juist de reguliere huisarts zou degene moeten zijn die de  verschillende circuits verbindt.”

Ook Scheltens wil alle opties open houden, al was het maar om het bewustzijn rond de ziekte van Alzheimer te stimuleren. “Er komt nooit één pil voor Alzheimer, dus je zult alles moeten doen, ook interventie op lifestylefactoren. Maar dan moeten we het wel nú doen en investeren, want er is nog altijd 30 procent minder onderzoeksgeld voor Alzheimer dan voor HIV en kanker.”